
Vooraf.
Deze laatste aflevering is een bijgewerkte versie van alle voorgaande berichten, voorzien van foto's en uitgebreid met verhalen, die er tijdens de reis bij inschoten.
De orginele berichten zijn op te roepen in het archief, in de balk rechts.
Veel plezier en hier houd ik het bij.
-------------------------------------------------------------------------------
Inleiding.
In maart 2008 werd een grote wens vervuld voor Coby en Arend Blankestijn. Hun zoon had uiteindelijk de ware Eva gevonden: Een beeldschone Peruaanse vrouw, die via een uitwisselingsprogramma een jaar lang les kreeg van Martin.
Het is het klassieke liefdesverhaal. Docent wordt verliefd op leerling, maar durft het nog niet zo te erkennen. (Vooral in franse films wordt daar veel aandacht aan geschonken) Leerling is in de wolken en wil maar één ding: Liefde.
De terugkeer van Eva naar Peru heeft de zekerheid geboden dat het goed zat.
Er werd besloten tot een huwelijk. Ik ken niet alle details (bij lange na niet, gelukkig) maar ik weet wel, dat de oplossing van het ene probleem voor Arend en Coby direct leidde tot het volgende probleem. Waar trouwen? In Peru? Hoe komen we daar?In het vliegtuig?? Wat moeten we in zo'n vreemd land met een vreemde taal en hier en daar nog een beetje terroristische activiteit?
Ik denk dat Martin daar een de meest eenvoudige en briljante oplossing van zijn leven voor heeft gevonden. Dat schept verwachtingen voor later.
De oplossing: Nodig een groep familieleden uit en suggereer je ouders dat ze misschien ook wel een rondreisje willen maken. Met al die kennis en ervaring van die reislustige types heb je veel steun en toeverlaten om je heen.
Aldus besloten. In maart 2008 zijn Arend en Coby met hulp van Jolanda en Martin begonnen met het voorbereiden van het grote avontuur.
En nog geen jaar later is het reisgezelschap voor het eerst bijeen geweest om de eerste afspraken over de reis te maken.
Op 18 februari gaat het grote avontuur beginnen. Eerst vijf dagen in Lima om te acclimatiseren en de stad te bekijken en niet te vergeten - want daar gaat het allemaal om - de bruiloft te vieren. Daarna tot 9 maart het land in om de wonderschone landschappen en cultuur te bekijken.
Dag 1 Dinsdag 18/2
is de eerste vakantiedag, die voor het overgrote deel in beslag werd genomen door een twaalf uren durende vliegreis. Voor vijf leden van het reisgezelschap begon de trip de dag voor vertrek bij hotel vd Valk in de buurt van Schiphol. De overige reisgenoten moest op deze morgen om 5 uur met de trein om rond 7 uur op Schiphol te komen.
Na enkele kalmerende woorden tegen vliegangst en een hartelijk weerzien tijdens de koffie, konden we iets voor negen uur “boarden”. Helaas viel de stroom uit bij de bagagecontrole van de douane, waardoor de bagage van meer dan honderd personen met blote handen moest worden gecontroleerd. Met een vertraging van ongeveer een half uur konden we probleemloos vertrekken.
In totaal moesten we 11000 km vliegen om rond 17.00 uur plaatselijke tijd in Lima te arriveren. In Nederland is het dan 23.00 uur en hebben velen van ons er een trip opzitten van 5 uur in de morgen tot 12 uur s avonds. Voorwaar geen sinecure voor de 60++.

Een poging om de stoelindeling van ons reisgezelschap online te veranderen, zodat we wat lege stoelen tussen onze zitplaatsen konden krijgen, mislukte doordat het vliegtuig helemaal volgeboekt was.
De stemming tijdens de vlucht was vrolijk maar ingetogen. Rond 5 uur smiddags Nederlandse tijd waren de meesten doorgestoofd en afgepeigerd. Het eten - voor ons Bourgondiërs niet onbelangrijk - was niet al te best. Gelukkig was er volop te drinken. (Van water tot cognac bij de koffie)
Bij aankomst werden we opgewacht door Eva en familie gewapend met spandoeken en de chauffeur van de bus, die ons naar het hotel moest brengen.


De reis naar het hotel duurde ruim drie kwartier en liet ons al iets van de chaotische stad zien. Grote armoede en rijkdom wisselen elkaar af. Alle gebouwen, inclusief woningen die in de wat betere buurten liggen, zijn afgeschermd met ijzeren rekken en manshoge muren. Het was een gigantische herrie van toeterende auto’s en bussen en het leek wel of alle inwoners van Lima aan het eind van de middag op straat waren.
Even na zeven uur bereikten we het hotel en gaven ons over aan het eerste Peruaanse drankjes
Dag 2 Woensdag 19/2
Vandaag hebben we Lima verkend met hulp van Martin en zijn zwager Ruben. (spreek uit: Roebén) Martin had een luxe bus gehuurd, die we - met chauffeur - twee dagen ter beschikking hadden.

Een willekeurige man huurt voor één of twee dagen zo'n busje en vervoert daar die dag inwoners mee door de gigantisch uitgestrekte stad. Meestal staat er nog een kompaan bij de deur, die ervoor zorgt, dat je naar binnen komt als dat nodig is. Aan het eind van de dag heeft de chauffeur letterlijk 7 á 8 sol verdiend (= 2 euro) waarvan hij weer enkele dagen kan leven. Dat geldt ook voor de taxichauffeurs. Een taxirit van ons hotel naar het centrum duurt al gauw 45 minuten en kost omgerekend 0,75 eurocent. Dagelijkse levensbehoeften zijn voor onze begrippen erg goedkoop. Voor 10 euro eet je een compleet menu inclusief een hele fles wijn in een restaurant. Een flesje water kost 0,25 eurocent en afdingen mag. Je doet het niet uit een soort van schaamte. Wie weet komt dat nog. De duurdere goederen zijn minder voordelig en worden betaald in dollars, de tweede officiële munteenheid. Maar die zijn voor de meeste mensen nauwelijks betaalbaar. Het tweede voorbeeld zijn handelaren in auto's en auto-onderdelen. Een inwoner van Lima komt op het idee om auto-onderdelen te verkopen. Als hij daar goed aan verdient zal zijn buurman op hetzelfde idee komen. Alle mannen in de straat en buurt zien het succes en gaan dat navolgen. Binnen de kortste tijd kunnen er honderden kleine werkplaatsen in dezelfde buurt ontstaan.
Lima is naar Spaans voorbeeld (zoals in New York) in woonblokken verdeeld. Als je door zo'n buurt rijdt, zie je tientallen blokken met één lange aaneenschakeling van werkplaatsjes en schuurtjes. Het lijkt wel of alle mannen daar de gehele dag op een stoel voor hun nering zitten te wachten op klandizie.
Na een rit van 40 minuten door de stad kwamen we in het centrum, waar we eerst de aflossing van de wacht op de Plaza de Mayor hebben bekeken. De politie is alom aanwezig. De aflossing van de wacht is een vertoning van militaire praal en pracht, die overdreven en koddig aandoet. Wel mooi om te zien, dat er elke dag weer veel mensen staan te kijken en ik denk ook een aantal zakkenrollers, die hun slachtoffer zorgvuldig staan te bekijken.
Daarna naar de kathedraal van Lima, waar de Spaanse ontdekker en overheerser Pizzaro van Peru vereerd wordt. De Peruanen (Of Peruvanen) zijn trots op de Spaanse indringers. Dat is ook wel verklaarbaar, omdat de inwoners van Lima vrijwel allemaal nazaten zijn van de Spanjaarden. Het feit, dat hele culturen zijn vernietigd en de geschiedenis is hertschreven, wordt achteloos terzijde gelegd.
Een indrukwekkende bezienswaardigheid is de Monasterio de San Fransico, een immens klooster waar nu nog maar 45 Franciscaner monniken wonen. Er is een zeventiende eeuwse bibliotheek, die tot mijn verbazing niet geklimatiseerd is, zodat het vochtige warme klimaat volledig vat heeft op de oude geschriften. Het meest indrukwekkend en luguber waren de catacomben, die tot in 1800 de begraafplaats van Lima vormden. Er liggen honderdduizenden schedels en botten netjes gerangschikt opgeslagen in putten en schachten van 5 tot 12 meter diep. In de middeleeuwen was het aanbod aan lichamen door epidemieën zo groot dat zij, overgoten met ongebluste kalk, in de kelders werden begraven. Zij vormen tevens de fundamenten van de later gebouwde kathedraal. Dat dit een goede constructie was, mag blijken uit het feit, dat deze kathedraal tijdens een grote aandbeving overeind bleef.
Via een chinees restaurant, dat er heel anders uitziet dan in Holland, zijn we doorgereisd naar de wijk Mia Flores aan de kust, alwaar we een mooi uitzicht hadden op de (niet zo aantrekkelijke) stranden. bij het invallen van het duister hebben we de rest van de avond doorgebracht in een prachtig park met grote fonteinen en waterorgels, waar elke avond een spectaculair schouwspel is te zien met muziek, lasershows en gekleurde lampen.

Dag 3 20 februari.
Ook vandaag stond de privé bus tot onze beschikking.
Na de gebruikelijke en noodzakelijke huishoudelijke beslommeringen vertrokken we om 12 uur opnieuw naar het centrum.
Ons hotel staat in één van de betere wijken genaamd Mia Flores, waar bijna uitsluitend kantoren en bedrijven zijn gehuisvest.
Onze eerste bestemming vandaag was een fort aan de kust, waar een militaire basis is gevestigd en daarbij een legermuseum. Hier wordt je geconfronteerd met de oorlogen, die de Spanjaarden voerden met de Inca's, de conflicten tussen Peru en Chili en het geromantiseerde piratenleven, eeuwen geleden. Ook de Nederlanden spraken in die tijd een geducht woordje mee in de piraterij. Er zijn voorwerpen en oorkonden te zien, die afkomstig zijn van Hollandse piratenschepen.


De controverse tussen Chili en Peru wordt breed uitgemeten en is voor ons Hollanders wat minder interessant. Het duurt tot vandaag de dag voort en dan niet zoals bij ons tussen Nederland en Duitsland tijdens het voetballen, maar met spanning aan de grens (vandaag de dag niet meer) en importverboden voor producten, waarvan beide landen claimen, dat zij het originele product maken. Pisco is een voorbeeld. Het is een destillaat van wijn, die in de streek rond het plaatsje Pisco wordt bereid - een soort au de vie - en die de basis vormt voor twee cocktails, die immens populair zijn in Peru. We hebben zeer regelmatig Pisco Sour gedronken. Het bestaat uit drie delen Pisco, één deel vers geperst limoensap, een zoete siroop, een eiwit en ijsblokjes. Dit wordt met een scheutje Angostura bitter in de blender gedaan tot er een laag schuim op staat en dan uitgegoten in een glas. Het lukte onze gids vaak om dit drankje gratis op tafel te krijgen als welkomstdrankje in de restaurants waar we gezamenlijk dineerden.
In het legermuseum kwamen we het complete arsenaal aan wapens tegen, dat in de tweede wereld oorlog in gebruik was. Zowel geallieerd als Duits wapentuig. Peru is een militaristisch ingesteld land. Er zijn verschillende marinebases in Lima en je ziet heel veel geüniformeerd volk lopen.
Na dit museumbezoek hebben we - en vraag me niet waar - een restaurant bezocht met een Peruaanse keuken. Vis is hier heel populair, goedkoop en kraakvers. Als je een menuutje neemt, krijg je vijf of zes verschillende gerechten voor ongeveer 6 euro per persoon, inclusief een grote kan zoete limonade, die van paarse mais wordt gestookt, aangevuld met ananassap en kruiden, maar dan wel zonder alcohol. Hier hebben we voor het eerst traditionele gerechten uit de Peruaanse keuken gegeten. Rauwe vis, die zacht en gaar wordt in limoensap met kruiden, een kipgerecht met een karakteristieke gele saus, rijst met garnalen, veel gerechten met bloedhete pepertjes en alcapavlees. (Een broertje van de Lama)
Opvallend aan het restaurant was, dat het geen dak had, maar een groot zeil. Het regent vrijwel nooit in Lima, zodat het zeil meer dienst doet als zonnescherm. De afvallende dauw wordt smorgens opgevangen door de planten, die tegen de muren zijn geplaatst.
Dat de waarschuwingen om goed op je geld en goederen te passen niet voor niets zijn, bleek tijdens de busrit naar het restaurant. Ik deed het raampje open om een foto te maken en plotseling dook er een man op, die probeerde de camera uit mijn handen te trekken. In een reflex pakte ik hem hardhandig bij zijn arm en trok met mijn andere hand de camera terug. Gelukkig kreeg hij het apparaat niet te pakken.
In de bus brak een enorme consternatie uit en kwamen we tot de conclusie, dat dit een goedkope waarschuwing was geweest. Martin adviseerde ons om de ramen dicht te houden en ons geld te verdelen over meerdere zakken en geen portemonnee mee te nemen. Overigens hebben we de rest van de reis geen problemen meer ondervonden en ook geen bedreigende situaties meegemaakt.
Na het eten zijn we lopend de kerk gaan opzoeken waar Martin en Eva trouwen.
De rest van de avond hebben we nog wat geflaneerd tussen de winkeltjes en restaurantjes van een mooie wijk Branco in de buurt van de plek waar de bruiloft wordt gevierd. Daar deed zich nog een komische situatie voor. Enkele stafleden van de kerk vroegen ons vriendelijk om binnen te komen. De kerk was prachtig versierd met een weelde aan witte bloemen. Wij fotografeerden alles in de veronderstelling, dat dit de bloemen van Martin en Eva waren, die al waren klaar gezet voor de volgende dag. Na een tijdje gingen de grote deuren open en kwam er een gezelschap binnen, waarvan bleek dat deze een huwelijksinzegening gingen bijwonen, die op dat moment van start ging. De stafleden van de kerk waren in de veronderstelling, dat wij ook tot de gasten behoorden. We hebben ons in onze vakantiekleren snel uit de voeten gemaakt.
Toen we terug kwamen waren zus Jolende en vriendin Christine vanuit Nederland gearriveerd.
Dag 4 21 februari.
Vandaag hebben we ons voorbereid op het hoofddoel van deze reis (naast de vakantietrip natuurlijk) de huwelijksplechtigheid van Eva en Martin. Smorgens hebben we onze nette kleren gepast, die speciaal voor deze gelegenheid zijn meegekomen uit Holland en heb ik van iedereen een soort van staatsiefoto gemaakt. Aan het eind van de middag zijn we met ons busje naar de kerk gereden om daar de plechtigheid bij te wonen. De kerk, die al een overdaad van gouden ornamenten en altaren heeft, was getooid met oranje tulpen en witte kelkachtige bloemen.





Martin beantwoordde alle vragen van de pastor in het Spaans en Eva deed dat in het Nederlands.
Dag 5 zondag 22 februari.
Vandaag hebben we rustig aan gedaan. Sommigen hebben nog wat slaap ingehaald. Anderen hebben wat in de schaduw gezeten in de tuin van het hotel. Rinus, Herma en ik zijn – opgewekt door vrolijke marsmuziek – de omgeving gaan verkennen. Al snel kwamen we bij een parkje met hoge hekken er om heen, waar een militaire kapel speelde en waar tientallen militairen, die scheef liepen van de decoraties en de strepen, bijeen waren voor een soort herdenking, leek het. Peru heeft wat met uniformen. Maar dat geldt voor meer Zuid-Amerikaanse landen (!!) Je ziet militairen, marinemensen, lokale politieagenten, provinciale politie, verkeerspolitie, toeristenpolitie en bij letterlijk elke winkel of kantoor een beveiliger in een bruin uniform. Bij het wisselen van de wacht op het centrale plein in Lima is de politie in oorlogstenue nadrukkelijk aanwezig. Automatisch pistool in de aanslag, schild naast zich op de grond en behangen met wapenstok, pistool en andere geweldsattributen.
Rond etenstijd ontstonden er meerdere subgroepen in ons gezelschap. Eén deel bleef in het hotel achter en at uit sanitaire overwegingen een tosti en dronk een kopje thee. Eén deel had een kiprestaurant ontdekt waar je heel goedkoop kon eten en de rest zocht een restaurant op loopafstand.
Morgen vertrekken we voor de eerste etappe van de echte reis. We zitten lang in de bus en ik heb dan nog wel even tijd om terug te kijken op de dagen hiervoor.
Dag 6 23 februari.
After Party.
Dit bericht (geschreven in de bus naar Ica) gaat over "the day after the night before",zoals de Engelsen zeggen. Zondagmorgen lagen we eindelijk in bed na een fantastische bruiloft De meesten van ons waren rond negen uur weer present bij het ontbijt. Hans en Herma voelden zich niet lekker en kregen last van de stoelgang. Nu, op maandagmorgen zijn inmiddels 10 reisgenoten (inclusief mezelf) overvallen door een stevige diarree met verschijnselen van maagkramp en misselijkheid. De deskundigen beweren, dat 50% van de reizigers uit het westen hier last van krijgt in het droge seizoen en dat in het natte warme seizoen dat percentage kan oplopen tot 100%. Tot nu toe verloopt het probleem tamelijk mild en als het hier bij blijft valt het alleszins mee.
Dan over de bruiloft. We werden vanuit de kerk vervoerd naar een wijk met -alweer - ommuurde percelen, waarvan je niet kon vermoeden wat daar achter schuil ging. We werden door een houten deur in de muur naar binnen geleid en betraden een prachtige "oase". Een enorme tuin met romantische paden, afgezet met oranje rozen en witte lelies en olielampen, begrenst door tropische planten, struiken en bomen. Ficussen, bloeiende Hibiscus, bananen en sinasappelbomen en meer.
Op het terrein was een enorm stalen geraamte neergezet, met "muren" en een dak van half doorschijnende stof. Daardoor leek het of je in een overdekte ruimte zat, maar was je midden in de natuur met prachtig gedekte tafels en overal oranje elementen. In het midden was een dansvloer gemaakt en schijnwerpers maakten het geheel mysterieus en sfeervol.
Ok hier de oranje accenten die een een verwijzing waren naar de Nederlandse inbreng in het feest.
Wij als Hollandse bruiloftsgasten hebben een feestlied op de wijs van “Dancing Queen” van Abba gebracht met groene hoedjes en boa’s en hebben vervolgens met hulp van Peruaanse neven het bruidspaar op stoelen boven ons hoofd getild. Naar we later hoorden werd deze uiting van Nederlandse cultuur zeer gewaardeerd.
Een Peruaanse bruiloft is een geweldig feest, waarbij de hele avond de Braziliaanse ritmes en de Salsa uit de luidsprekers spat. We hebben ons eerst overgegeven aan de Pisco Sour en andere cocktails en een diner en hebben ons daarna wat onwennig op dansvloer begeven.
Die onwennigheid verdween volkomen, toen de bediening feesthoeden, maskers, ratels, fluitjes en ballonnen ging uitdelen omlijst door en daverend ritme. Er kwam een als nar verklede steltloper (zie de foto's) te voorschijn, die ons meenam in één grote bijna oneindig lang durende carnavalsdans, die pas ophield toen iedereen doodmoe in een stoel plofte.
Het was geweldig en we hebben ons als nuchtere polderaars van onze beste kant laten zien.
Het was mooi om te zien hoe blij en dankbaar de familie van Eva was, dat we helemaal uit Holland waren gekomen om hier bij te zijn.
Brak als we waren, hebben we de zondag (zie gisteren) benut om bij te slapen.
En dan nu over de reis van vandaag. We zijn vandaag 0m 8.00 uur vertrokken uit het hotel in Lima en namen afscheid van Wilfried en Margareth, (de buren van Martin en Eva) die hun eigen reis hebben uitgestippeld. In Cusco, aan het eind van onze reis zouden we hen nog tegenkomen en de rest van de dag samen met hen doorbrengen.
Een uur was er nodig om Lima uit te komen. Wat een stad en alweer wat een chaos en armoede. Onderweg hebben we uitsluitend woestijn gezien en dat zal de komende dagen ook zo blijven. De weg loopt vandaag vrijwel parallel aan de kust van de Grote oceaan. (Pacific Ocean) Na elke bocht zie je de zee weer en de brede stranden. Links woestijn zover je kunt zien en rechts overgaand in het strand en de zee. Op veel plaatsen zie je nauwelijks een overgang tussen woestijn en strand. De koude golfstroom, die van de Zuidpool naar het noorden stroomt schampt hier de kust waardoor het water relatief koud is en er extreem veel plankton voor komt en dus veel vis, veel zeezoogdieren als dolfijnen en zeeleeuwen en natuurlijk ook veel vogels als pelikanen, albatrossen en inheemse soorten, waarvan ik de namen niet heb kunnen achterhalen. Ook hier wisselen relatief luxe ressorts zich af met armoedige dorpjes, waar mensen langs de weg leven in rieten hutten en watermeloen en zoetigheden verkopen aan langsrijdend vrachtverkeer. Op veel plaatsen, midden in de woestijn, zie je hutjes van - ik schat - 2m2 In Peru is er een wet, die bepaalt, dat als je ergens vijf jaar woont, je het afgebakende stukje grond als je eigendom mag beschouwen. Dus bouw je zo´n hutje als je slachtoffer bent van de aardbeving of een nieuw leven wil, dromend van rijkdom. Of je er woont en of er een deur of raam in zit, is eigenlijk niet belangrijk. Na vijf jaar heb je je eigen perceel, midden in de woestijn.
De weg, die we nu berijden (vandaag van Lima naar Ica) is de Pan Americana, de ¨snelweg¨ van Mexico naar Chili. De meeste stukken zijn tweebaans en goed te berijden. Soms zitten er slechte stukken tussen, waar je niet veel harder kunt dan 40 km/u.
In het oorspronkelijke reisplan zouden we overnachten in Pisco, maar door de aardbeving van 2007 staat daar geen hotel meer overeind. Overal zie je de gevolgen van deze beving. Half ingestorte huizen, waar men gewoon blijft wonen met hulp van landbouwplastic, steenhopen en rieten hutten als alternatief voor houten of stenen huizen. We rijden nu door naar Ica, laden onze bagage uit in een prachtig luxe hotel en rijden door naar de Laguna Huacachina, een oase midden in de woestijn; een door tropische planten en bomen omzoomt meertje waar je iets kan drinken, kan zandsurfen en een tocht kan maken met een woestijnbuggy. Dat laatste hebben we gedaan. Een spectaculaire tocht met 6 tot 9 personen dwars over zandduinen en met ijzelinwekende vaart weer naar beneden, terwijl het zand je om de oren spuit.
Terug in het hotel genieten we van het zwembad en een maaltijd, voor zover onze darmen dat toelaten.


Dag 7 23 februari.
Noodlot
Helaas, het noodlot heeft toegeslagen. Er is coca cola over mijn toetsenbord gemorst, waardoor mijn kleine netbookje nu onbruikbaar is geworden.
Ik doe er nog van alles aan om hem (of haar??) weer aan de praat te krijgen. Gisteren heb ik haar een badje van zuivere alcohol gegeven op aanraden van onze gids Ronald. Nu is het wachten op het drogen van het apparaat.

We zijn allemaal diep treurig dat dit had moeten gebeuren.
(Het Pc-tje is defect gebleven. Thuis heb ik nogmaals een alcoholbad gegeven en met perslucht de zaak doorgeblazen. En zie daar: Zij functioneert weer als een voorjaarszonnetje)
Als het enigszins kan zal ik het blog in tekst voortzetten en bij thuiskomst de foto´s bijplaatsen. Tenslotte nog een mededeling uit de ziekenboeg: Iedereen heeft nu de buikloop in meer of mindere mate. Doktersconsult hoeft nog niet en we hebben - op 2500 meter - ons goede humeur nog niet verloren.
Dag 8 Dinsdag 24 februari.
De bestemming van deze dag is Nasca. Voordat we daarheen rijden gaan we eerst terug naar Pisco om daar in de haven aan boord te gaan van een snelle boot om ons naar het reservaat de Paracas te brengen. Dit reservaat omvat een baai, een eiland met een enorme afbeelding, die door een oude onbekende cultuur op de helling van de berg is uitgegraven en een schiereiland waar honderdduizenden vogels voorkomen, waaronder pelikanen, de Humboldpinguïn en vele inlandse vogelsoorten. Daarnaast is er een enorme kolonie zeeleeuwen, waar je dicht onder langs vaart. De stank en het lawaai is niet te harden, maar het is een prachtig gezicht. bijzonder is de aanwezigheid van de pinguïns, die eigenlijk op de Zuidpool thuishoren, maar door de koude golfstroom ver naar het warmere noorden trekken.



Op zee onder het aardoppervlak bevinden zich hier twee tektonische platen, die in dit gebied in het verleden grote aardbevingen veroorzaakten. Na de tocht hebben we nog wat geslenterd over de lokale markt, waar ik voor een klein bedragje een hoed tegen de zon heb aangeschaft. Anderen, zoals bijvoorbeeld Titia konden het niet nalaten om allerlei kleine souvenirs in te slaan voor de achterban. Wat dat betreft kunnen jullie nog wat verwachten.
Vervolgens hebben we onze reis aanvaard naar Nasca. Onderweg hebben we een Pisco destilleerderij bezocht en daar geluncht.
De Destilleerderij
In Peru wordt een beperkte hoeveelheid wijn gemaakt, die in vergelijking met Chili en Argentinie van matige kwaliteit was. Tegenwoordig zijn er een aantal wijnboeren, die grote kwaliteitsverbeteringen weten door te voeren. Vaak zijn dat Chilenen, die in Peru een wijngoed opzetten. Wij hebben in Peru aardige tot mooie wijnen gedronken, maar van slechts enkele wijnhuizen uit het gebied ten zuiden van Lima,
Pisco dus) van een paar exotische inlandse druivenrassen. Ocucaje en Tacama zijn de bekendste merken. Verreweg de meeste most wordt gebruikt om een zoete sauterne-achtige dessertwijn van te maken en als grondstof voor het destilaat (een soort au-de-vie) van 40% dat de grondstof van de Pisco. Veel wijnlanden maken hun eigen product op deze wijze. (Cognac, Armagnac, Grappa, enz)
Het “chateau”, dat wij hebben bezocht verwerkt de druiven nog op een traditionele manier. De druiven zijn van verschillende wijnboeren, die in een cooperatie samenwerken en worden met de blote voeten geperst in grote betonnen bakken. Het sap loopt weg uit een smalle opening in de bak en wordt opgevangen in grote amphoren van gebakken klei, die 100 tot 200 jaar oud zijn. In deze vaten gist de most tot er voldoende alcohol in zit en wordt dan in grote betonnen afgedekte bakken verzameld. Daar gist het door tot de wijn rustig is en het bezinksel naar de bodem zakt. In de volgende fase van het proces loopt de wijn in een grote afgesloten betonnen bak, waar een groot houtvuur onder wordt gestookt. De wijnalcohol verdampt en wordt via een buis, die taps toeloopt door een enorm bad met koud water geleid, waardoor de damp condenseert. De buis eindigt in een doorvoer door een muur en hier wordt het destillaat opgevangen en verder verwerkt en in flessen gedaan. Ik heb via de peruvaanse gids gevraagd hoe dit proces in de hand wordt gehouden en de kwaliteit van de alcohol wordt gecontroleerd. Niet dus.
Deze wijze van destilleren wordt al eeuwen toegepast is wars van elke vorm van technisch ingrijpen. Later, na de lunch in het restaurant van dit chateaun heb ik drie soorten pisco geproefd, die verbazingwekkend goed smaakten. Eén van de mindere kwaliteiten destilaat wordt weer verdund en van suiker voorzien. Er blijft dan een zoete bruine wijn over, die enorm populair is onder de Peruvanen en waarvan de smaak nog het meest lijkt op de vin Jaune, die in de Jura wordt gemaakt. Dit is een wijn, waarvan men 60% van het vocht laat verdampen, zodat er ook een zoete wijn ontstaat met een donkere kleur en een sherry-achtige smaak.



Aan het eind van de middag kwamen we in Nasca aan en daar bleek het hotel een zwembad te hebben, waar we ons voorafgaand aan de maaltijd in hebben verpoosd.
Tijdens het eten in een van de weinige lokale toeristenrestaurants werden we voor de eerste keer verrast door een muziekgroepje met planfluiten, gitaar en trommels. Later konden we deze doorsnee toeristenmuziek bijna niet meer horen, vooral omdat je wordt doodgegooid met het nummer “El Condor Pasar”.
Overigens hebben we later ook wel groepen gehoord, die fantastische Peruaanse muziek maakten.
Dag 9 Woensdag 25 februari.
Vandaag is het zeer vroeg opstaan voor een busrit van 10 uur langs de kust van zuid Peru naar Arequipa. Voordat we deze reis aanvaarden, maken we eerst nog een rondvlucht boven de tekeningen van Nasca met een klein vierpersoons vliegtuigje. Deze “Nasca lines” zijn afbeeldingen in het woestijnzand, die al 2000 jaar oud zijn en als gevolg van het regenloze klimaat en de mineralen in de grond bewaard zijn gebleven. Er zijn kaarsrechte lijnen, die kilometers lang recht over bergen en vlakten lopen, maar ook afbeeldingen van een aap, een kolibri, een walvis en vierkante en konische vlakken. De herkomst is onbekend en westerse wetenschappers hebben hun hoofd gebroken over de betekenis. In de laatste jaren van de vorige eeuw, toen new age gedachtengoed in de mode kwam is wel gesuggereerd, dat de tekeningen van buitenaardse beschavingen afkomstig zijn.
Door het vroege vertrek zaten we uiteindelijk om 9 uur al weer in de bus en kwamen savonds om 19.30 uur aan in het hotel in Arequipa.
Dag 10 Donderdag 26 februari.
Omdat het in Arequuipa veeld minder heet is, dan aan de kust hebben de meesten een goede nachtrust achter de rug. Arequipa wordt de intellektuele hoofdstad van Peru genoemd en er is veel architektuur uit de spaanse periode te zien. Het mooiste plein van Peru is hier te vinden, Plaza de Armas. Er is een schitterend klooster, dat we bezocht hebben. Het klooster bestaat eigenlijk uit een dorpje binnen een stad en ziet er heel fleurig uit door het gebruik van rode, blauwe en gele muurverf. De nonnen waren van goede komaf en leidden een redelijk luxe bestaan, maar wel in afzondering en zonder te mogen spreken.

Deze dag was zeer geschikt om afstand te nemen van de hitte van de kust, bij te komen van de lange busrit en ons voor te bereiden op ons verblijf in het hooggeberte voor de rest van onze reis.
We hebben ons dan ook onledig gehouden met lunchen op het plein, een biertje hier en daar en vroeg naar bed.
Dag 11 Vrijdag 27 februari.
Vandaag rijden we het hooggebergte in. Het landschap wisselt van aanblik: Woestijn en zand, afgewisseld door groene valleien, waar kleine nederzettingen van indianen zijn.
Hoogtepunt is de Colca vallei, waar we deze dag doorheen rijden en morgen zullen terugkomen om enkele plaatsen te bezoeken. Bij aanvang van de reis krijgen we gezelschap van een Peruaanse gids, die ons vertelt van hoogteziekte en een probaat middel daartegen: Cocabladeren. Na een stop in een klein winkeltje, waar de gids een lading coca inslaat, krijgen we les in het kouwen daarvan. Je doet zes blaadjes dubbelgevouwen achter je kiezen en bijt een stukje van een mineraal steentje af, dat je bij de blaadjes voegt. Dan ga je kouwen en kouwen en slikt het sap door. Je lippen en je verhemelte worden gevoelloos door de verdovende stof in het sap. (verwant aan lidocaïne, dat de tandarts je inspuit) De grap is, dat je maag verdooft raakt, waardoor je geen behoefte meer hebt aan eten en je energiehuishouding rereguleerd wordt en je uithoudingsvermogen toeneemt.
Sommigen van ons hebben dat effect niet mogen voelen, omdat deze en gene reisziek werd van de vele kuilen en gaten in de weg.
We trekken een pas over, die op 4800 meter hoogte ligt en waar je zuurstofschuld hebt, zodra je één pas buiten de bus zet. Ook de kwaliteit van de weg is afwisselend, om het vriendelijk te zeggen. Onderweg stoppen we bij restaurants, die deze naam nauwelijks kunnen dragen en waar vrouwen uit de omgeving de prachtigste kleding verkopen van Alpacawol voor bedragen waar je je voor schaamt.

We overnachten vandaag in een klein boeren dorp met slechts één luxe plek, namelijk een hotel (Mamma Yacchi), dat door de Peruanen zelf wordt beheerd. Het is een leuk hoterl, dat niet lijkt op een doorsnee onderdak. Het eten wordt door de plaatselijke bevolking zelf bereid. Ik heb weinig westerse invloeden in de maaltijden kunnen vinden. Alcapavlees, kip, mais, kaas, groenten van plaatselijke oogst, e.d. Een deel van de groep heeft het dorpje bezocht en gehoord hoe de gezondheidszorg is georganiseerd en gezien hoe er carnaval werd gevierd. Dit feest is doordrenkt met invloeden van oude godsdiensten uit de pré Inca en Spaanse periode.
Dag 12 zaterdag 28 februari.
Vandaag zijn de sterken en gezonden onder ons terug gegaan naar de Colca vallei om daar smorgens vroeg de Andescondor te zien uitvliegen. Deze vogels met een spanwijdte van wel drie meter, stijgen rond negen uur op vanuit hun holen op de thermiek en komen soms rakelings over de kijkers heen. Ik heb het zelf niet gezien, maar het moet spectaculair zijn geweest. Smiddags heeft de groep zich gelaafd aan de warmwater bronnen, die in de omgeving van ons hotel worden geëxploiteerd door de lokale bevolking.
Het is geweldig om te zien hoe arme en eenvoudige boeren daar in afgelegen streken leven. Soms maakt zich een beetje schaamte van je meester, maar mijn indruk is, dat mensen niet ongelukkig zijn, ver van de hectiek van de grote stad. Vanuit het verre verleden bestaat de regeling, dat elk gezin een stukje land krijgt, waarop mais, tuinbonen, graan, lupinen en aardappelen worden verbouwd. Peru kent wel 400 soorten aardappelen en meer dan 1000 soorten mais.En daar maken ze werkelijk alles van.
De stukjes land zijn als terrassen tegen de bergen gelegd en kunnen niet gemechaniseerd bebouwd worden.

Allemaal hebben we in meer of mindere mate last gehad van darm en maagklachten.
Waarschijnlijk is het een bacteriële infectie als gevolg van parasieten in het lokale voedsel en drinken, waar onze darmen niet op berekend zijn. De klachten zijn hardnekkig en hebben bij sommigen lang aangehouden. Herma heeft een arts geraadpleegd, die naast de infectie ook hoogteziekte en te hoge bloeddruk door de ijle lucht constateerde. Ze heeft antibiotica voorgeschreven gekregen en tabletten tegen misselijkheid (wat wil je bij 10 uur hobbelen en schudden in de bus) en krampen. En een injectie waarvan we de bedoeling niet goed hebben gesnapt, maar waar ze geweldig van opgepept werd. Verder kreeg ze op doktersvoorschrift tijdens de reis over de bergen (4000 meter) enkele keren zuurstof van de chauffeur. Ze is er weer helemaal bovenop, maar nog wat zwakjes na 8 dagen niet eten en alleen energiedrankjes.
Een ander probleem is hoogteziekte, die je krijgt als je te snel van zeeniveau naar Andes hoogte gaat. We hebben er allemaal min of meer last van gehad. Ik in het bijzonder: Benauwdheid, onreglmatige hartslag, gejaagdheid, aan één stuk door braken en slapeloosheid. Je denkt echt dat je dood gaat. Gelukkig past je lichaam zich snel aan en ik was er dan ook snel weer overheen.
Over het algemeen gaat het redelijk tot goed met ons, maar wat zeer opvallend is, dat er bijna geen bier meer wordt gedronken en dat is voor de familie wel erg bijzonder.
Dag 13 zondag 1 maart.
Vanmorgen vroeg zijn we op weg gegaan, terug over de de erbarmelijk slechte weg en over de pas richting Puno, een plaatje dat zijn belang ontleent aan de ligging aan het Ticitacameer, het hoogst bevaarbare meer op aarde.
De busreis heeft het grootste deel van de dag in beslag genomen. Halverwege namen we afscheid van de peruaanse gids en realiseren ons, dat dit de laatste rit is met de privébus. Vanaf overmorgen maken we gebruik van het openbaar vervoer. We zullen de komende twee dagen hier in Puno blijven.
Dag 14 maandag 2 maart.
Tot nu toe was het gebruikelijk, dat we ons per bus van en naar uitstapjes lieten rijden. Vandaag gaan we van het hotel naar de boot met twee persoons riksja’s.



Hierna zijn we naar het eiland Taquile gevaren, waar een oude indianencultuur volledig op zichzelf leeft met eigen gebruiken en een eigen leiderschap, dat door de regering wordt gedoogd. De mannen voorzien in hun onderhoud door de landbouw en het breien van kleding. De vouwen weven en werken mee in de landbouw.

Dag 15 dinsdag 3 maart.
In Puno hebben we afscheid genomen van onze privé bus en chauffeur en zijn vanaf een chaotisch busstation vertrokken met een interlokale bus van het openbaar vervoer naar Cusco. Tot onze verbazing was dit een luze bus met wc aan boord en heerlijke stoelen en goed uitzicht. Voordat we vertrokken kwam de chauffeur ons allen filmen met een kleine digitale camera. Later hoorden we, dat dit soort bussen vaak overvallen of gegijzeld worden en dan vooral door de passagiers zelf. Dan is het handig als je beelden hebt van alle passagiers. Onderweg stopte de bus om even de benen te strekken en vanchauffeur te wisselen en na een rit van 6 uur waren we in de namiddag in Cusco. Het hotel was goed maar eenvoudig. Er was geen bar of lobby, zodat we in het centrum drank insloegen en in het hotel Happy hour instelden. We brachten de uitbater nog in verelgenheid, doordat hij geen flessenopener of kurketrekker kon leveren.
Savonds hebben de stad vast wat verkend bij avondlicht.

Dag 16 woensdag 4 maart.
Deze tweede dag in Cusco waren we vrij om een beetje bij te komen en te winkelen. Dat gold niet voor mij. Ik heb samen met de gids een mountainbike tocht van ruim 3,5 uur gemaakt in de bergen rond Cusco.

Tussen twee haakjes: We hebben een hele goede gids, Ronald Kuipers, die professor is aan de universiteit in Lima in de fysica en electronica en vier maanden per jaar tijd en zin heeft om reisbegeider te zijn. Een vent met veel humor, die een afgewogen en intelligente manier van omgaan heeft met de nukken van de Grupo Blankestino.
Dag 17 donderdag 5 maart.
Vandaag bezoeken we de heilige vallei (Urubambavallei), een gebied in de nabijheid van Cusco. Een prachtige vallei met een indrukwekkend Incamonument, prachtige dorpjes, Pisac en Ollantaybambo, met een hele mooie lokale markt. Voor de verandering hadden we een peruaanse gids, die van oorsprong uit Tjechië komt en vloeiend duits sprak. Zij gaf in de bus heel veel achtergrondinformatie, dat zij illustreerde met foto’s en getekende afbeeldingen. Hoogtepunt vond ik persoonlijk de lokale markt, waar je een goede indruk krijgt hoe de producten, die de bevolking produceert, worden geruild en verkocht. Hier trof ik een oude vrouw, die de kleurstoffen verkocht, die gebruikt worden om de weefsels en stoffen te kleuren. Peru is wat mij betreft in één woord te omvatten: kleur!!!!

Ik heb van elke kleur wat zakjes gekocht om thuis mee te experimenteren.
Smorgens hebben we verse broodjes gesmeerd en lunchpakketten gemaakt en wijn en koffie meegenomen, zodat we een echte picknick konden houden aan de oever van een bruisende rivier.
Dag 18 vrijdag 6 maart.
Vandaag hebben we de laatste volle dag in Cusco. Rust en gelegenheid om de laatste kerken en musea te bezoeken, waaronder het Incamuseum, ter voorbereiding op onze tocht naar Macchu Pichu. Terwijl we op een bankje op het centrale plein zitten (dat ook hier Plaza de Armas heet) zien we op een balcon van de mooite kerk van Cusco, de “Catedral” een man en vrouw verwoed zwaaien, kennelijk om onze aandacht te trekken. Het blijken Margareth en Wilfried (bruiloftgasten uit Enschede) te zijn, die deze reis via een andere route afzonderlijk maken en die we hier bij toeval tegenkomen.
Dag 19 en 20 zaterdag 7 maart en zondag 8 maart.
Heel vroeg in de morgen slaan we onze bagage op in het hotel (want we komen hier nog een keer terug) en vertrekken met 5 kg bagage per trein naar Aquas Calientes.
Deze plaats is alleen met de trein te bereiken. Wij zitten in de backpackersrijtuigen. De reis is niet veel meer van 60 km, maar we doen er 5 uur over.

Hier merk je de invloed van de toeristenindustrie. De toegang tot Macchu Pichu kost 50 dollar per persoon en de consumpties zijn ineens niet meer goedkoop. Daar staat tegenover, dat er vrijwel geen criminaliteit voorkomt. Kennelijk is de welvaart onder de bevolking groot genoeg.
De volgende morgen zijn we dan heel vroeg met de bus omhoog gegaan om rond zeven uur de zonsopgang bij de Inca’s mee te maken.


Na de lunch hebben we de terugreis per trein en bus aanvaard om in de namiddag terug te keren in ons hotel.
Dag 21 Maandag 9 maart.
Vanmorgen zin we heel vroeg opgestaan (een vakantierecord en wel om 4.30 uur) om rond 5.30 uur per bus naar het vleigveld van Cusco te vertrekken. Om 8.00 uur moet ons vliegtuig naar Lima vertrekken.
We krijgen een onheilstijding en sommigen de schrik van hun leven. Er kunnen maar vier passagiers uit ons gezelschap mee. De rest moet wachten of omgeboekt worden. We hebben het geluk dat we om 9.30 uur in Lima aankomen en pas aan het begin van de avond naar amsterdam vliegen. Herma en ikzelf, onze gids en Mini mogen door de douane heen en de rest heeft het nakijken. Ronald zine we niet meer omdat hij (zo horen we later) bij de autoriteiten van de maatschappij gaat proberen om de reis naar Lima alsnog veilig te stellen. En ja hoor. Tot onze verbazing zien we vlak voor het boarden, dat de gehele familie zich door de douane wurmt. In Lima worden we opnieuw opgewacht door de moeder van Eva en een chauffeur, die ons voor de laatste keer dwars door de stad rijdt om onze bagage op te halen. Na de lunch in één van de restuarants waar Ronald stamgast is (drie gangen menu met wijn en fris voor 6 euro) gaan we op weg naar het vliegveld na Ronald thuis te hebben afgezet.
Dag 22 dinsdag 10 maart.Na een rustige vlucht, een gedeeltelijk doorwaakte nacht en doorgedraaid door slaapgebrek komen we naar twaalf uur aan op schiphol. Het was mooi, maar nu even niet meer.
Bij het verlaten van de bagageruimte gaat het bijna mis: We lopen tegen de televisieploeg op van “Hello – Goodby” op, maar die laten ons gelukkig links liggen. Naar huis en naar bed.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten